Foto's Huizen Kroniek

Kroniek van het jaar 1902


PA Zijtaart, parochiememoriaal.   Op 2 januari 1902 zijn de scholen in het klooster geopend. Al snel waren er ongeveer 60 kinderen aanwezig. 's Middags kwamen de Burgemeester en Wethouders van Veghel de Eerwaarde Zusters verwelkomen en de scholen bekijken. Het werk begon met zes zusters. twee zuster-onderwijzeressen voor de meisjesschool. Een zuster voor de bewaarschool. Een zuster voor de huishouding. Een zuster voor de  verpleging. En moeder overste. Voor het werk in de tuin waren er een of twee knechten. Soms hielp er een 'meid' voor het werk in huis. De knechten en meid waren inwonend.

Veghelse Courant, 9 februari 1962: Een deel van de toespraak door Karel van Eert, mede-oprichter van fanfare St. Cecilia, ter gelegeneid van het zestig-jarig bestaan van fanfare in 1962; foto: van Henriëtte Helena Maria Bernardina Smits, geboren op 20 mei 1852 en overleden op 21 augustus 1921: Archief van Jekschot.   'Het was op het einde van het jaar 1901 dat onze pastoor de zeerweerwaarde heer Sars in de H. Familie vanaf de preekstoel wist te vertellen dat men in Zijtaart een fanfare kon oprichten als daar ambitie voor was en dat dit met weinig geld en onkosten gepaard ging, daar de familie Smits te Veghel de muziekinstrumenten en verdere benodigdheden gratis zou verstrekken. Dat het gezegde van de pastoor met grote verbazing was aangehoord is te begrijpen. Er werden dan ook al gauw voorbereidingen getroffen om tot een besluit te komen en werd een algemene vergadering gehouden in café Lambert van Dam, welke zeer druk bezocht werd. Hierin werd dan besproken dat er in Zijtaart ambitie was, om op het gezegde van pastoor Sars een fanfare op te richten, welke met algemene goedkeuring werd aangenomen. Staande der vergadering werd er al een voorlopig bestuur gekozen, waarvan de uitslag was: Adriaan van de Ven, hoofd der jongens- en meisjesschool, voorzitter; Jan Brouwers, knecht van de pastoor en koster in de kerk, secretaris; Lambert van den Tillaart, directeur van het kerkelijk zangkoor, penningmeester; en ondergetekende Karel van Eert, bestuurslid.

Nu waren wij al ver gevorderd, er was een bestuur, er waren muziekinstrumenten, doch er waren nog geen muzikanten om die te bespelen. Daaromtrent had onze pastoor een voorstel. Hij had gedacht om elke zanger van het kerkkoor ook maar muzikant te maken, daar die toch al ver voor waren in muziekkennis dan degenen die nog geen muziek kenden. Dit voorstel werd dan ook met graagte aangenomen, zodat met de koorzangers en enkele jongens die zich daarbij aansloten in het begin van 1902 met een 25-tal leden begonnen kon worden met de repetities, en dat kon, omdat de heer Hein van Zutphen uit Veghel, een geboren Zijtaarter, zich beschikbaar had gesteld als directeur de repetities te leiden.

Er was buitengewoon veel ambitie onder de leden, zodat ook iedereen de repetities meemaakte, en reeds na enkele maanden repeteren kon dan ook met de eerste muzieknummers worden beginnen, welke bestonden in Marialiedjes, Tantum Ergo, enz. en dat vlotte zo goed dat de pastoor vertelde, dat met de processie naar Handel [moet zijn Meerveldhoven] de fanfare mee zou gaan om de liederen te begeleiden. Dat dit voorstel gaarne werd aangenomen valt te begrijpen, want het was voor de eerste keer dat de fanfare voor het publiek optrad. In Handel [lees: Meerveldhoven] hadden zij het goed gemaakt zonder veel fouten. Kort daarop werden er enkele muzieknummers ingestudeerd die moesten dienen om een programma samen te stellen, welke zou worden uitgevoerd voor de weldoeners en de familie Smits, bierbrouwerij te Veghel. Toen wij daarmee zowat klaar waren besloot onze directeur om aan de familie Smits een aubade te gaan brengen. Wij werden daar zeer hartelijk ontvangen en moesten plaats nemen in hun prachtige bloementuin. Alle nummers werden perfect uitgevoerd en dit vond de familie Smits buitengewoon om in zo'n korte tijd iets dergelijks te presteren. Na de beëindiging van het programma werden wij uigenodigd aan een keurige koffietafel met als narecept zoveel wijn en zoveel bier als wij begeerden, zodat bij het teruggaan naar Zijtaart er al enkele bij waren die overbelast waren. Zo waren dan de eerste indrukken van onze fanfare. In muziekkennis ging het steeds crenendo en met kerkelijke en interne feestelijkheden konden wij al gouw optreden, meedoen en opluisteren.'

GA Veghel, inv. nr. 28, fol. 59v.   Raadslid Vogels vroeg op 16 januari 1902 aan de gemeenteraad of de in Zijtaart opgerichtte harmonie voor de repetities gebruik mocht maken van een van de schoollokalen. De burgemeester dacht dat er wel geen bezwaren zullen zijn, mits de schoolbanken niet beschadigd worden en goed wordt zorg gedragen voor het overige schoolmateriaal. Vogels zei dat daarvoor geen vrees behoeft te bestaan, omdat het hoofd van de school zelf werkend lid is van de harmonie, en bij de repetities steeds aanwezig is, waarop de gemeenteraad toestemming gaf.

PA Zijtaart, parochiememoriaal.   Met pasen 1902 werd er aan het Liefdesgesticht een opleiding van kwekelingen voor de kweekschool te Veghel toegevoegd.

Nieuws van de week, Archief Helmond, fiche 729

  'Naar wij vernemen zal ook dit jaar weer, te Zijtaart, de processie naar O.L.V. ter Eik te Meerveldhoven gehouden worden op 26 mei a.s. per extra tram. Ditmaal opgeluisterd door de fanfare Cecilia Zijtaart.'

PA Zijtaart, parochiememoriaal.   Pastoor Sars (1897-1905) schreef op een niet gedateerd briefje aan de bisschop: 'Ik ben zoo vrij hierbij op te merken, dat ik in mijn stukken den naam ‘Seitaart' veranderd heb in ‘Zijtaart', omdat die naam van gemeenteswege en in de scholen zoo steeds geschreven wordt.'

GA Veghel, inv. nr. 28, fol. 71.   Lid Vogels zei op 13 juni 1902 in de gemeenteraad dat er niets gedaan wordt aan de loop van Zondveld, De burgemeester zei dat dit opzettelijk gebeurt. “Gaat men de bedoelde loop uitdiepen, dan komt zoveel water van Jexschot dat den heelen Doornhoek onderloopt.” Dit probleem speelde ook in de achttiende eeuw al.

GA Veghel, inv. nr. 28, fol. 71.   Raadslid Vogels deelde de gemeenteraad op 13 juni 1902 mee dat Lambert van Dam zijn huis gaat vergroten. Daarvoor had hij zand nodig en daar op het Reijbroek de gemeente overvloedig zand had, vroeg hij voor Van Dam toestemming om daar zand te mogen halen. De gemeenteraad gaf toestemming, als Van Dam het zand van de hoger gelegen delen haalt en geen kuilen graaft. Van Dam zou een kleine vergoeding van 5 cent per kar moeten betalen. H. Vogels werd gevraagd toezicht te houden.

Nieuwe Tiburgsche Courant, 24 juni 1902.   Dat niet all menschen spoedig van hun stuk zijn gebracht, bewijst wel dit. Woensdag ging H. J. met zijn hengst naar Zijtaart, alwaar hij door het paard werd weggeslagen al seen bal. Direct weer ter been, tuigt hij zelf zijn hengst aan, spant hem in en rijdt huisqwaarts. Te huis gekomen contstaeert de dokter, na onderzoek, dat er twee ribben zijn gebroken en zijn arm gekwetst.

Texelse Courant, 6 juli 1902.  

'Een spaarpot ontdekt! De heer L. van Dam, te Zijtaart, is bezig zijn huis te vergrooten. Daartoe was noodig den gavel af te breken. Bij dit werk werd in den wand van een zolderkamertje een blikken doosje gevonden. Vol nieuwsgierigheid werd het geopend, waaruit bleek, dat het bevatte een bankbiljet van f 100, één van f 60 en 4 gouden tientjes. Natuurlijk werd het werk voor dien dag gestaakt en flink getracteerd. Het kon lijden!'

GA Veghel, inv. nr. 28, fol. 72.   Op 5 augustus 1902 besprak de gemeenteraad een verzoek van de Directeur van de Zijtaartsche Harmonie om een subsidie uit de gemeentekas. De burgemeester stelde voor om 25 gulden te geven. De burgemeester zei dat B&W voorstellen f 25 te geven. Raadslid H. Vogels vond dat te weinig, want de Veghelse harmonie krijgt jaarlijks f 100. Lid G.P. rath vond dat de gemeente een gevaarlijke weg opgaat door verschillende gezelschappen te gaan subsidieren. Zo kan de gemeente wel aan de gang blijven. Manders zei dat de Veghelse harmonie heel wat meer kosten heeft en verplicht is om minstens 4 volksconcerten te geven, waarbij nogal wat kosten gemaakt worden. Uiteindelijk werd besloten 25 gulden subsidie te geven.

PA Zijtaart, parochiemmoriaal.   Op 11 augustus 1902 schreef pastoor Sars een brief aan de bisschop, waarin hij verzocht om 12 nieuwe klepstoelen aan te schaffen. Deze zijn nodig voor 12 kwekelingen die eind september 1902 in het klooster geplaatst worden, ten einde een aanvangsklas te gaan vormen voor de kwekelingen in het Moederhuis.

Nieuws van de week, Archief Helmond, fiche 743
  Krantenbericht van 13 augustus 1902: 'Vrijdag na de middag had alhier (in Zijtaart) een ernstig ongeval plaats. De zoon van de molenaar van Eert was boven in de molen en stak het hoofd door de opening naar buiten, juist toen de wieken door een flauw windje in beweging gebracht werden. Het hoofd raakte bekneld tussen een wiek en den onderrand van de opening, waar zich een scherpe pin bevindt, die tot overmaat van ramp onder in de kin drong en nabij de wang weder te voorschijn kwam. Gelukkig werd van Eert spoedig uit zijn benarde positie bevrijd. Naar omstandigheden is de toestand thans bevredigend en bestaat er alle hoop, dat hij spoedig hersteld zal zijn.'

Maas en Roerbode, 13 oktober 1902.   'Een verschrikkelijk ongeluk had plaats bij den landbouwer v. d. K. te Zijtaart (N.-B.) Terwijl de ouders op het veld aan ‘t aardappelen rooien waren was een vijfjarig meisje met een zusje van anderhalf jaar alleen thuis. Wellicht is het oudste meisje in aanraking gekomen met het brandende vuur. Hoe het zij, toen een buurman op het hulpgeschrei kwam toesnellen, vond hij het ongelukkige kind geheel verbrand op het bed liggen met het hoofd er afhangende. Men kan zich de droefheid der ouders voorstellen toen zij thuis komende, niets dan een vormelooze klomp van hun lieveling vonden.'

Op 26 september 1902 werd in Zijtaart begraven: 'Een klein kind van Johannes der Kinderen, 1 1/2 jaren oud.' Het betrof Gerard, die op 23 januari 1901 gedoopt werd.

Voor het huwelijk van Jan der Kinderen zie de kroniek van 1894 en voor zijn overlijden de kroniek van 1910.

Nieuws van de week, Archief Helmond, fiche 752

  'Aanstaande zondag 26 oktober zal onze Zijtaartse fanfare St. Cecilia haar winteruitvoering geven bij L. van Dam.'

Nieuws van de week, Archief Helmond, fiche 753
  Bericht op 27 oktober 1902: 'De uitvoering gisteravond gegeven door de harmonie “Cecilia” op Zijtaart is uitstekend geslaagd. Een aantal onberispelijke stukken bewezen, dat Cecilia in die enkele maanden van haar bestaan vol ijver en met toewijding moet gewerkt hebben onder hoogst bekwame leiding. Zij had alle eer van haar werk en bepaald eene groote voldoening, want er was zoo veel belangstelling, dat een half uur voor de uitvoering noch in de zaal, noch in de aangrenzende vertrekken een plaats meer te krijgen was. Nog vele laatkomers konden daardoor het concert niet bijwonen. Ditmaal werd geen entree geheven, doch gelegenheid geboden na kennismaking toe te treden als honorair lid, waarvan reeds 61 personen gebruik maakten. Het behaald succes zij “Cecilia” eene aansporing om moedig voort te gaan, vol hoop op de toekomst. Al groeiend worde het rijsje een boom.'

GA Veghel, inv. nr. 28, fol. 82.   Godefridus van Eert, molenaar te Zijtaart, schreef de gemeenteraad dat de eikebomen langs de weg naar Lieshout hem zeer in zijn bedrijf hinderen. Hij verzocht de bomen aan hem te verkopen om ze te mogen rooien, ofwel om ze op 6 à 7 meter in te korten, en het uitschot der bomen met de 3 jaren te kappen, en dat op een afstand van 150 meter ter weerszijde van de molen. De burgemeester vond het nogal ingrijpend en zal een onderzoek instellen.

'Zijtaart', 85.   Op 21 of 22 november 1902 zou Driek Opheij, zoon van Lambertus Opheij en Theodora van Wanroij, in de Zijtaartse kerk gedoopt worden. Op weg naar de kerk is vanwege de gladheid het paard met de kar gevallen en de kleine Driek brak hierbij zijn beentje.

GA Veghel, inv. nr. 28, fol. 84v.   Het herhalingsonderwijs aan de openbare scholen, onder andere te Zijtaart, werd op 3 november 1902 in de gemeenteraad geregeld. Dit onderwijs was bedoeld voor de kinderen die lager onderwijs al gevolgd hebben. In Zijtaart waren de lestijden voor jongens op maandag en zaterdag van 5 tot ½ 8 en op woensdag van ½ 2 tot 4, in de maanden november, december, januari, februari. Voor meisjes was er in Zijtaart geen herhalingsonderwijs. De jongens kregen les in lezen, rekenen (praktisch rekenen voor de aanstaande landbouwer, ambachtsman of koopman, rekening van oppervlakten en inhouden, wissels rekeningen, percentsrekeningen, waardeberekening), Nederlandse taal (het schrijven van brieven, rekeningen, enz.), kennis der natuur (cultuurgewassen, nuttige en schadelijke dieren voor land- en tuinbouw, natuurverschijnselen en natuurkundige wetten, beginselsen der gezondheidsleer), aardrijkskunde (Nederland en aangrenzende rijken); Vaderlandsche geschiedenis (meer in het bijzonder die van de laatste 100 jaren; vergelijking van hedendaagse toestanden met die uit een verwijderd  tijdperk, grondtrekken onzer tegenwoordige staatsregeling).

RHC Eindhoven Inventaris nr. 12138: 610, Archief van de familie Coovels, Helmond   Zijtaart 16 september 1902

Weledel geboren mejuffrouw

Lang reeds heb ik nagedacht hoe het contract met de fanfare van Zijtaart in elkander te krijgen, en omdat ik met zulke zaken minder bekend ben, heb ik het aan notaris Vaalman gevraagd toen hij laatst eens hier was, omdat voor ons te doen.

Zie hierbij dan een concept ook ter uwer inzage, mij dunkt dat het goed is. Ued: kan er echter nog veranderingen aan brengen, als U verkiest. Uw broeder z.g. zou voor alles, ook voor dit contract, gezorgd hebben, doch het heeft zo tot ons aller leedwezen niet mogen zijn.

Geachte mejuffrouw, graag zou ik nu van Ued: weten wat ik omtrent het eigendom dier instrumenten moet invullen. Uw broeder z.g. wilde absoluut die uit Brussel hebben en toen ik zijn Ed: opmerkte dat de koopsom dan zo hoog zou lopen voor mij, om de helft daarvan voor te schieten; voor mij, die toch zo veel lasten heb, antwoordde zijn Ed: lachende "welnu dat zullen wij wel vinden, het is al zo veel, dat Ued: a;s pastoor er ook voor is en die zaak mee  steunen wilt" Daarbij bleef het.

Geachte mejuffrouw, wilt Ued; nu s.v.p. eens beslissen, of ik nu de ½ of ¼ der koopsom, die f.752 is, mee moet voorschieten. Naar die beslissing wordt het eigendom der instrumenten en het jaarlijks aflossen van het geld geregeld en beschreven. Het zit er bij mij zo breed niet aan; de 1/2 zou mij heel wat zorgen mee brengen.

Uwe goedgunstige beslissing tegemoet ziende blijf ik hoogachtend en na groeten uwe dienaar.

Pastoor Sars.

p.s. excuseer mijn ½ blaadje anders werd de brief zo zwaar.

 
RHC Eindhoven Inventaris nr. 12138: 610, Archief van de familie Coovels, Helmond  

Onderhandse akte van bruikleen door C. Sars, pastoor te Zijtaart en Henriette H.M.B. Smits aan het bestuur van de Fanfare Caecilia te Zijtaart van twintig muziekinstrumenten.

Brief van pastoor Christianus Wilhelmus Sars aan Henrica Helena Maria Bernardina Smits.

De ondergetekende ter ene zijde. a. Christianus Wilhelmus Sars, pastoor te Zijtaart. b. Henrica Helena Maria Bernardina Smits, beschermvrouw der fanfare te Zijtaart, wonende te Veghel.

Ter andere zijde. a. Henricus Vogels. b. Jan de Poorter. c. Martinus Raaijmakers. d. Joannes van de Ven Hendrikzoon, landbouwers te Zijtaart en uitmakende het bestuur der vereniging fanfare Caecilia te Zijtaart, handelende ten deze in eigen naam en namens de tegenwoordige medeleden der gezegde vereniging.

Verklaren te zijn overeengekomen als volgt: De ondertekende ter ene zijde, staan bij deze in gebruik en genot af, aan de mede ondergetekende ter andere zijde, handelende voor zich en hunne mede leden der genoemde fanfare en zulks aannemend de volgende muziekinstrumenten voor ¼  eigendom van den ondergetekende Christianus Wilhelmus Sars en voor ¾ eigendom van de mede ondergetekende Henrica Helena Maria Bernardina Smits.

3 Cornets a piston, 5 bugels, 3 alto,s, 3 barijtons, 2 trombones, 2 tuba's, 1 helicon, 1 grote trom, bekkens en slager. Te samen 20 stuks.

Het gebruik en genot dezer muziek instrumenten zal aan de ondergetekende ter ander zijde en hunne mede leden der gezegde fanfare verblijven tot aan de schriftelijke opzegging door ondergetekende beide eigenaren.

Terstond nadat deze opzegging is geschied zijn de ondergetekende ter ander zijde en mum mede leden verplicht de instrumenten bij een of beiden der ondergetekende ter andere zijde in te leveren.

Ter vergoeding voor het afgestane genot en eventuele latere eigendomsovergang zijn de ondergetekenden ten andere zijde en de medeleden der fanfare verplicht te betalen aan de eigenaren der instrumenten, te betalen ieder jaar, eerste maal op 19 april 1903 a. een som van 25 gulden b. 3 % intrest van de aankoopsom der instrumenten door ondergetekende ter andere zijde betaald, ten belope van f.752, met dien verstande dat ieder jaar ter berekening van de intrest van die aankoop som wordt afgetrokken het totaal van al de reeds betaalde vergoedsommen bedoeld sub letter a.

Eindigt het genot door opzegging voor vervaldag der vergoeding, dan is deze tot de dag der eindiging verschuldigd. Duurt de tijd van het gebruik en genot voort tot dat het totaal der jaarlijks te betalen sommen sub letter a hiervoor bedoeld, gelijk is aan de vermelde koopsom. Dan gaan de omschreven instrumenten op dat tijdstip in eigendom over aan de leden der genoemde fanfare "Caecilia".

Reparaties welke ook gedurende de tijd van het gebruik en genot zijn ten laste van ondergetekende ter andere zijde en hunne mede leden der gezegde fanfare.

 

BHIC, archief van het gemeentebestuur van Veghel, inv. nr. 2463.   De leerlingen aan de eerste cursus voor het herhalingsonderwijs in Zijtaart die liep van 1 december 1902 tot 31 maart 1903 waren:

1ste cursus, gegeven door meester A. van de Ven:
- Henri van Eerdt
- Wilhelmus Kremers

2de cursus, gegeven door meester P. van de Bont:
- Johan Smits
- Gijsbertus Smits
- Michiel Henricus de Bont

Bouwstijlen - Thema's - Groei - Organisaties - Veldnamen
Afkortingen - Toelichting verenigingen - Toelichting Huizen - Toelichting Kroniek - Downloads