Foto's Huizen Kroniek

Kroniek van het jaar 1833


BHIC, toegang 24, Arrondisements Rechtbank Den Bosch, inv.nr.42, vonnis 96.    Johannes van Lith, geboren 31 januari 1833 te Veghel, plaatste op 20 november 1853 in het Rijbroek onder Zijtaart een wildstrik. Hij werd door de veldwachter betrapt. Voor de rechtbank ontkende Johannes, maar de rechter achtte het bewezen dat de geplaatste strik van hem was en gaf hem een boete van 20 gulden. Als hij niet op tijd zou betalen zou hij voor twee weken de cel in gaan.

BHIC, toegang 7698, inv. nr. 2474 en 2690.   Aart van de Steen woonde op huidig adres Leinserondweg 11. Zijn zoon Hendrik moest in dienst. Hij mocht een plaatsvervanger sturen, maar toen die niet op kwam dagen werd Hendrik opnieuw opgeroepen. Op 13 juli 1833 verzocht Hendrik de gouverneur van Noord-Brabant of hij alsnog een plaatsvervanger mocht sturen. Dat werd op 13 september 1833 toegestaan. Toen er op 25 april 1834 nog steeds geen plaatsvervanger was gekomen, werd Hendrik opgeroepen zich direct te melden.

 
BHIC, toegang 7698, inv. nr. 125, Veghel, burgemeestersregister d.d 7-9-1833  

Johannes van Veldhoven, 42 jaar, arbeider, verklaarde dat hij op 6 september 1833 rond half 12 van zijn werk naar huis werd geroepen. Thuis lag zijn 12-jarige dochter Petronella op bed. ’s morgens was ze nog goed gezond geweest, maar nu bevond ze zich ‘in eenen afwisselende staat van bewusteloosheid en hevige aandoening op de zenuwen als door grooten schrik en vrees’.

Zijn vrouw, Wilhelmina Dekkers, vertelde wat ze wist. Ze had haar dochter een half uur geleden voor een boodschap op pad gestuurd. Ze moest gesponnen vlasgaren naar Joost Vogels (nu adres Hemel 2) brengen. Op de terugweg moest Petronella bij Geert van de Ven in een mee gegeven pot meel halen. Een paar minuten later kwam haar dochter schreeuwend naar huis gerend. Het meisje vloog op haar moeder af en zakte bewusteloos in haar armen.

Toen Petronella later die dag geleidelijk bij haar positieven was gekomen vertelde het meisje dat ze op weg was gegaan naar Joost Vogels. Een minuut of vier van haar huis, tegenover het veld van de kinderen van Lambert van Doorn kwam ze ‘een vreemd mans persoon van middelbare lengte eenigsints pokdalig met een blaauwe slaapmuts op het hoofd, met een vale buis en pantelon gekleed, een zak met hop op den rug’ tegen, die een hond bij zich had.

Petronella verklaarde: ‘dat zij aldaar op den gemelden weg door dien persoon welke zonder spreken dwars over den weg op haar aankwam, plotselijk wierdt aangegrepen en in de sloot geworpen. Dat de hond haar aanstonds in den sloot op het lijf sprong, dat gemeld persoon bijna even spoedig volgde, haar in den sloot op het lijf viel, de hond weg drong, haren mond met de eene hand gesloten hield, terwijl hij zich zelve en haar met geweld van onderen tot over haar midden ontblotende en zich vervolgens met zijn onbloot lighaam op het hare aandrong, met pogen om haar verder op eene oneerbare wijze te mishandelen. Dat zij door inspanning van krachten alle mogelijke tegenstand biedende uit zijne handen is los geraakt, en met achterlating van hare klompen, den bos garen en den pot die haar moeder had mede gegeven naar huis gevlugt was, en bijna niet meer wist hoe zij in huis gekomen en was en verder met haar gebeurd is.’

Even later kwam Adriaan, zoon van Lambert van Doorn, bij de slaat aan zijn veld ‘om te zien of er ook iets in te krabben of te vlaggen stond, in dezelve gevonden heeft een paar klompen en een aarde pot, terwijl hij alsmede op dezelfde plaats aan een doren tak boven den sloot hangende eene blauwe katoenen slaapmuts heeft ontdekt.’ Adriaan vroeg zich af van wie dat kon zijn en liep ermee naar Van Veldhoven, waar hij zag dat Petronella hevig ontsteld op bed lag.

Van Veldhoven woonde net aan de overkant van de Zuid-Willemsvaart in de Leest. Daar woonde ook Lambert van Doorn en hadden zijn kinderen hun grond liggen.

Bouwstijlen - Thema's - Groei - Organisaties - Veldnamen
Afkortingen - Toelichting verenigingen - Toelichting Huizen - Toelichting Kroniek - Downloads