Foto's Huizen Kroniek

Een verzoening


R25, fol. 562-564 d.d. 04-02-1551; 635-637 d.d. 11-11-1552.  

Volgens het rechtssysteem dat in de zestiende eeuw gangbaar was, werden na een doodslag de betrokken families verzoend. De familie van het slachtoffer bepaalde daarbij de vergoeding. Het was een oud gebruik dat diende om familievetes met moord- en doodslag over en weer te voorkomen. Hier volgt een voorbeeld. Het slachtoffer, Thonis zoon van Thonis Claeussoen Donckers,  woonde op de Donk. (De Donk werd rond 1825 doorsneden door de Zuid-Willemsvaart. De huizen aan de Zijtaartse kant kregen later adres 'Bergsven'.)

Op Sacramentsdag 1550 (tweede donderdag na Pinksteren), om 5 uur 's middags trok het Veghelse Sint-Katharinagilde met slaande trom door Veghel. Voor het huis van Goert Janssoen, de Veghelse vorster (een soort veldwachter), ontstond er tumult. Hanrick Joest Dielissoen, stak met zijn mes een gat in de trommel van gildebroeder Peter Roeloff Hanricxss, oud 23 jaren, en de twee waren aan het vechten en slaan. Waarom dit gebeurde weten we niet (mannen ruzien meestal om vrouwen of om geld). Thonis Donckers bemoeide zich ermee. Hij trok zijn 'slachsweert' en sloeg Hanrick er mee. Hij hief het zwaard op om opnieuw te meppen. Gielis Joest Dielissoen schoot zijn broer Hanrick te hulp. Hij trok zijn 'opsteker' en stak Thonis in zijn hoofd. Thonis viel neer in een sloot en overleed ter plekke.

Hoe werden de families hierna verzoend? Volgens de gangbare procedure werden door de familieleden en vrienden van de dader en van het slachtoffer enkele afgevaardigden aangesteld. Die kozen op hen beurt ieder twee scheidsrechters. Die scheidsrechters onderhandelden over de voorwaarden van de verzoening. Door dit 'getrapte' systeem werd voorkomen dat tijdens de onderhandelingen de emoties te hoog opliepen. Op 3 februari 1551 werd de volgende verzoening overeengekomen.

-      De dader moet een ‘oetmoedigen voetvalle' doen ‘in syn hemdt, bloetshoefs ende mit gewangenen handen, hebbende aen syn broeck mitten nederhoesen (= onderbroek)'. Met andere woorden, hij moest gekleed in een hemd en broek en met gebonden handen voor de familie van het slachtoffer neerknielen en om vergiffenis smeken.

-      De dader moet ‘een wassen karsse van enen ponde swaer' geven, ‘te setten voer dat Heilige Sacrament binnen der kercken van Vechel opten Heiligen Paeschdach', en 2 ‘tortzen' van 12 stuivers elk, en zijn hele leven voor de ziel van de dode blijven bidden.

-      De dader moet aan de familie en vrienden van de dode 16 Karolus gulden geven als tegemoetkoming in de kosten. En daar bovenop nog eens 18 Karolus gulden.

-      Hij moet 2 jaren uit Veghel en Erp blijven, en dan nog 2 jaar ‘op die syde van der Aa blijven dair die kerck staet'. De familie van het slachtoffer woonde aan de andere ('Zijtaartse') kant van de Aa. Hierna moet hij de rest van zijn leven de familie en vrienden van de dode uit de weg blijven. Als die vrienden en familieleden in een herberg zijn, dan mag hij daar niet naar binnen gaan, maar als hij er eerder is, dan mag hij er blijven.


Bouwstijlen - Thema's - Groei - Organisaties - Veldnamen
Afkortingen - Toelichting verenigingen - Toelichting Huizen - Toelichting Kroniek - Downloads